Onderwerpen in dit artikel:

Handvatten voor de diagnose en behandeling

Koemelkallergie en functionele maagdarmklachten bij kinderen komen veel voor, zowel afzonderlijk als in combinatie. De diagnose en de behandeling hiervan is het topic van de vijfde en laatste in de serie webinars van Nutricia Campus in de zomer van 2020. Het interactieve webinar “CMA and functional gastrointestinal complaints in infants”, was op 13 juli 2020 live via Nutricia Campus te volgen. Moderator: Prof Anna Nowak.

Dr. Marió Vieira afdelingshoofd en coördinator van the Residence Program of Pediatric Gastroenterology, Ziekenhuis Pequeno in Príncipe, Brazilië begint de webinar met het op een rij zetten van de verschillende functionele gastro-intestinale klachten bij kinderen. ‘Iedereen in het veld van de kindergeneeskunde kent de impact van deze klachten. Ouders maken zich zorgen en willen weten waarom hun kind zo huilt. Zijn het krampjes, is het obstipatie, is het regurgitatie of is het toch koemelkallergie? Als professional sta je hiermee vaak voor een lastige taak.’

Is het niet altijd koemelkeiwitallergie?

Vieira bespreekt per klacht (regurgitatie, obstipatie en krampjes) wat de criteria voor de diagnoses zijn, inclusief de meest aangewezen behandelingen en adviezen. Maar, zo zegt hij: ’Er is altijd wel een overlap met koemelkallergie. Is er sprake van een enkele klacht dan is het meestal geen koemelkallergie, maar bestaan verschillende van de klachten naast elkaar dan moet je aan koemelkallergie denken. Natuurlijk is een goed uitgevoerde eliminatie/provocatie met koemelkeiwit nodig om zeker te zijn.’

Functionele maagdarmklachten na koemelkeiwitallergie

Vieira gaat op het einde van zijn presentatie ook nog in op een onderzoek waaruit blijkt dat kinderen die als zuigeling koemelkeiwitallergie hebben (gehad), een grote kans hebben op het ontwikkelen van functionele maagdarmklachten tijdens de kinderleeftijd. In een onderzoek onder 105 kinderen blijkt dat 44% van de kinderen die een koemelkallergie hadden, later gastro-intestinale klachten krijgt, tegenover 20% van de kinderen in de controlegroep (figuur 1).

Dieetbehandeling

De dieetbehandeling bij functionele maagdarmklachten en bij koemelkallergie wordt besproken door Dr. Rosan Meyer, kinderdiëtist en senior Lecturer bij het Imperial College in London.
Voor regurgitatie, obstipatie en darmkrampen presenteert Meyer handige stroomschema’s, die kunnen leiden tot adviezen en keuze voor de beste voeding. Ook gaat ze kort in op het toepassen van het FODMAP-dieet bij kinderen; ‘Er is geen wetenschappelijke onderbouwing voor het toepassen van het FODMAP-dieet bij jonge kinderen. Maar als er uit de anamnese blijkt dat kinderen veel fruit, vruchtensap of bijvoorbeeld zoete aardappels krijgen, dan is het goed deze producten tijdelijk te elimineren. Wel met als uitgangspunt ze later weer één voor één te herintroduceren’

Rol darmmicrobiota

Meyer spreekt ook over de vermoedelijke rol van de darmmicrobiota bij de klachten die de kinderen hebben. ‘Uit onderzoek blijkt dat kinderen met koemelkallergie afwijkende darmmicrobiota hebben wanneer wordt vergeleken met borstgevoede, gezonde kinderen. Met name de diversiteit binnen de darmmicrobiota is minder en het gehalte aan gunstige bifidobacteriën is geringer bij kinderen met koemelkallergie. Dit geldt direct na de diagnose, en het verschil blijft in elk geval zichtbaar tot de leeftijd van 6 maanden, ook bij behandeling. Dit is aangetoond bij IgE-gemedieerde koemelkallergie, maar er zijn aanwijzingen dat dit ook geldt voor niet-IgE gemedieerde koemelkallergie. Hier gaan we in de toekomst vast meer over horen’. Aanvullend presenteert Meyer onderzoeken waaruit blijkt dat er een ook verband is tussen een minder diverse samenstelling van de darmmicrobiota en het optreden van krampjes.

Koemelkallergie

Na de diagnose koemelkallergie blijkt educatie erg belangrijk. Meyer: ‘Ouders hebben begeleiding nodig wat betreft productkennis, lezen van etiketten en het vervangen van producten. Ook is het nodig aandacht te besteden aan voedingsstofsuppletie. Natuurlijk blijft moedermelk altijd de beste optie, ook bij koemelkallergie, onder andere vanwege de positieve invloed van moedermelk op de darmmicrobiota.’

Keuze flesvoeding

Als een kind flesvoeding krijgt, onderscheidt Meyer drie categorieën: flesvoeding op basis van soja, op basis van gehydrolyseerd eiwit (eHF) en op basis van aminozuren (AAF). In de praktijk krijgen de meeste kinderen eHF. Die voeding wordt ook door de meeste instanties geadviseerd (figuur 2).

Wanneer een AAF

Toch moet men niet te terughoudend zijn bij het kiezen voor AAF, aldus Meyer: ‘Als kinderen slecht reageren op eHF is AAF de aangewezen voeding. Maar AAF is ook zeker geïndiceerd als er groeivertraging optreedt en er tevens sprake is van meervoudige klachten. Ook bij eosinofiele oesofagitis of anafylactische reacties op koemelkeiwit is AAF te overwegen’ (figuur 3).

Aan het einde van het webinar bespreken zowel Vieira als Meyer een interessante casus, waarbij inbreng van de deelnemers wordt gevraagd. Ook beantwoorden ze nog vragen van de deelnemers.
Het complete webinar is hier terug te kijken.